Nederlandse wijn zit in de lift. Het leek erop dat de groei rond 2010 een beetje stagneerde. Maar sinds de coronacrisis heeft onze sector de wind weer in de zeilen. Nu zitten we rond de 400 hectare aan wijngaarden. Dat is goed voor 600 voetbalvelden met druivenstokken. De kwaliteit van de wijn gaat ook in rap tempo vooruit. Niet alleen toppers maken indruk. Helaas blijkt dat niet alle wijn 100% Nederlands is. Dat is jammer, want wij doen samen met veel collega’s onze stinkende best om een puur product te maken. Hoe weet je dat er écht Nederlandse wijn in de fles zit?
Robin en Gilbert Hulst
Ambachtelijke en lokale producten winnen aan waarde en zijn populair. Dat zie je ook bij wijn, zowel bij de consument als op de wijnkaart in restaurants. Maar als je als liefhebber of sommelier een Nederlandse wijn schenkt of koopt, doe je er goed aan het etiket even goed te bestuderen. Niet elke zogenaamde Nederlandse wijn komt écht van eigen bodem. Sterker nog, het is wettelijk zelfs toegestaan om in Nederland een wijn te maken van druiven uit bijvoorbeeld Duitsland of Frankrijk.
Dat hoeft natuurlijk geen slechte wijn te zijn, maar als je bewust kiest voor lokaal wil je natuurlijk wel weten waar je aan toe bent. Het probleem? De verplichte aanduiding ‘Wijn van Nederland uit (landnaam) geoogste druiven’ of ‘Wijn van de Europese Gemeenschap’ mag in lettertjes van 1,2 millimeter op het etiket staan. Die kleine lettertjes ontgaan veel mensen in de winkel of aan tafel. Gelukkig zijn er officiële keurmerken die bewijzen dat een wijn écht uit Nederland komt.
Op het etiket van onze wijnen stond jarenlang het keurmerk BGA (Beschermde Geografische Aanduiding). Dat vertelt je dat tenminste 85% van de druiven uit het genoemde gebied komt, zoals in ons geval Limburg. Alle provincies in Nederland hebben hun eigen BGA, van Zeeland tot Groningen en van Limburg tot Noord-Holland. De vinificatie van de wijn mag eventueel ergens anders plaatsvinden, maar de druiven komen uit de provincie. Wil je als consument of restaurant nog meer kwaliteit en zekerheid?
Elke wijn met het keurmerk BOB moet slagen voor een individuele smaak- en geurkeuring.
Dan kies je voor BOB (Beschermde Oorsprongsbenaming) op het etiket. Dat garandeert dat 100% van de druiven uit het beschermde gebied komen én dat de wijn daar ook wordt gemaakt. Daarnaast gelden er strenge regels voor de druivenrassen en de teelt. Verder moet elke wijn met het keurmerk BOB slagen voor een individuele smaak- en geurkeuring. Dat heeft best wat voeten in de aarde, want binnen onze club organiseren we dat zelf. Onder toeziend oog van de NVWA natuurlijk.
Daarmee is het keurmerk BOB niet zomaar een leuk streeklabel, maar een serieuze kwaliteitsgarantie. Op onze etiketten vind je BOB Mergelland. In dit stukje van Limburg hebben we een kalkrijke bodem. Dat zorgt met ons vakmanschap voor mooie terroirwijnen. Op de Apostelhoeve werken we alleen met druiven uit onze eigen wijngaarden op de Louwberg. Elke wijn maken we helemaal op ons eigen domein. Daarom zijn we trots op dat BOB-keurmerk op onze etiketten.
Er is één uitzondering. Dat is onze Viognier. Dit druivenras is (nog) niet toegelaten binnen de BOB Mergelland. Daarom staat er BGA op het etiket. Maar ook voor deze wijn gebruiken we 100% druiven uit onze eigen wijngaarden. Wie écht voor Nederlands terroir en vakmanschap kiest, doet er goed aan om te letten op de kleine lettertjes op het etiket. Lees je niks over een BGA of BOB. Dan is de wijn niet puur Nederlands. De BGA- of BOB-vermelding bewijst dat een producent echt lokaal werkt. Dan weet je zeker dat je een authentiek Nederlands product in handen hebt. En dat proef je.

Robin en Gilbert Hulst
- 21 maart 2025Cuveren is minder belangrijk dan je denkt
- 14 maart 2025Omgekeerde uitdaging voor chef en sommelier
- 07 maart 2025Lageren van wijn en het kopen van een nieuwe auto
- 28 februari 2025Verbazing en verbijstering
- 21 februari 2025Raden maar! Welke wijn komt uit Nederland?